Straatnamen in het Leuvekwartier

De meeste straten in het Leuvekwartier hebben na de Tweede Wereldoorlog hun naam gekregen. Het bombardement van 14 mei 1940 vernietigde de infrastructuur van het Wijnhaveneiland. Van het oude stratenpatroon bleef nauwelijks iets over. Alleen de straatnamen herinneren aan de geschiedenis van deze buurt.

Bron:

De Straatnamen van Rotterdam. Verklaring van alle bestaande en van verdwenen straatnamen
Gemeentelijke Archiefdienst Rotterdam, 1992

Glashaven

De Staten-Generaal verleenden op 5 februari 1614 aan Claes Jansz. Wijtmans en Compagnie octrooi om allerhande soorten huis- en vensterglas te mogen maken. Enige weken later besloot de Rotterdamse vroedschap om aan de Compagnie een zestal erven aan de meest westelijke Dwarshaven, tussen Wijn – en Scheepmakershaven, af te staan voor de stichting van een glasblazerij of glashuis. De Compagnie verbond zich om gedurende twintig jaar nergens anders dit bedrijf uit te oefenen. De overige erven aan de Dwarshaven werden pas in mei 1614 verkocht. Aan de glasblazerij ontleende de haven sindsdien haar naam. In de eerste tijd komt ze ook voor als Gelderse Juffrouwenhaven of haventje van het glashuis. In 1882 werd ze gedempt. Sindsdien sprak men van Gedempte Glashaven. Bij het besluit B. 3 april 1944 verviel het toevoegsel en werd de straat gewoon Glashaven genoemd.

Wijnhaven

Wijnstraat

Wijnbrugstraat

Wijnkade

B&W 13 september 1949 

Wijnstraat (Oost-)

B&W 17 november 1981 

In 1611 en 1613 werden de erven aan de Wijnhaven verkocht nadat in 1609 de Wijnstraat reeds voor het grootste gedeelte was aangelegd. De haven en de straat ontvingen direct na hun aanleg deze namen. Wat de reden van de naamgeving was, is niet met zekerheid te zeggen. Het is namelijk nergens uit gebleken dat de haven was aangewezen als ligplaats voor schepen, die Franse en Rijnse wijnen aanvoerden. De grote wijn-en bierhandel kan er natuurlijk wel toe geleid hebben om deze haven, alsmede de inmiddels gedempte Bierhaven, te doen graven. De oudste Wijnbrug is tussen 1613 en 1616 gemaakt.

Grote Wijnbrug (1936) over de Wijnhaven in Rotterdam. (in reconstructie)

In de 17e eeuw komt ze ook voor onder de namen Satersbrug en Duvelsbrug. Volgens de historicus Van Reyn zou deze hooggelegen brug moeilijk te berijden zijn geweest. Vandaar dat men sprak van ‘satansche’ of  ‘duivelsche’brug. Ze werd Groote Wijnbrug genoemd ter onderscheiding van de Kleine Wijnbrug, die tot 1897 bij de Leuvehaven lag. Tegenover de Wijnbrug loopt van de Wijnhaven naar de Scheepmakershaven de Wijnbrugstraat. Ten noorden van de Wijnbrug ter plaatse van de huidige Zwarte Hondstraat, liep van de Wijnstraat naar de Wijnhaven voor het bombardement in mei 1940 de Korte Wijnbrugstraat. Naar analogie van Satersbrug en Duvelsbrug werd de Wijnbrugstraat in het verleden in de volksmond Satersbreggestraaat of Duvelsbreggesteech genoemd. Ook de naam Alsemstraat kwam voor naar het pakhuis ‘de Alsemstruyck’, dat in 1637 en 1639 in deze straat voorkomt. Het gedeelte van de Wijnstraat, gelegen tussen de Posthoornstraat en de Wolfshoek, heette vroeger Korte Wijnstraat. Thans heet het oostelijk gedeelte van de Wijnstraat, dat door de Verlengde  Willemsbrug (nu Andre van der Louwbrug) is gescheiden van de rest van de straat, Oost-Wijnstraat.

Scheepmakershaven

Scheepmakerskade

B&W  13 september 1949

Scheepmakersstraat

B&W 4 september 1970

In 1613 werd besloten de scheepstimmerwerven van de zuidzijde van de Blaak over te brengen naar de Boompjes en naar de nieuw ‘geraemde Scheepstimmershaven ‘ en wel van de Schipstimmermansstrate oost-waarts tot aan het oudt Westersche Hooft’. De erven aan de Scheepmakershaven werden uitgegeven en in 1616 werden de kaden ten noorden van de haven aangelegd. De vroedschap besloot in 1703 de scheepstimmerwerven te verplaatsen naar een terrein bij de Zalmhaven. Na de Tweede Wereldoorlog werden ten behoeve van de binnenvaart twee insteekhavens in de Leuvehaven gegraven ten noorden van de Scheepmakershaven. Een van de loskaden ontving de naam Scheepmakerskade. De Scheepmakerskade is nu woongebied en werd in 1981 bebouwd, als onderdeel van het Leuvekwartier of Kadebuurt.

 

Jufferstraat

B. 3 april 1944 

 

 

Voor het bombardement in mei 1940 kwam in deze buurt een Jufferstraat voor. Deze lag ten westen van de Glashaven en liep van de Wijnhaven naar de Scheepmakershaven. De straat dankte haar naam aan de aldaar gelegen scheepswerf ‘De Geldersche Joffer”van de scheeptimmerman Gerrit Jansz. Geldersche Blom of  ‘in de Gelderse Blom. Deze kocht 28 juni 1613 een huis aan de Wijnhaven op de hoek van de Jufferstraat. De naam van de scheepswerf was, behalve naar de eigenaar, genoemd naar de  ‘juffers’, een bijzonder soort palen, die in de scheepsbouw werden gebruikt. De straat langs de scheepswerf werd eerst Gelderse Jufferstraaat en later alleen Jufferstraat genoemd. De Jufferkade , die gedeeltelijk op het terrein van de oude werf ligt, is de loskade tussen de Bier- en de Rederijhaven. Ze vormt een onderdeel van het zogenaamde Leuvehavenbekken.  De Jufferkade is onderdeel van het  Leuvekwartier of Kadebuurt, een appartementencomplex uit 1979-1981

 

 

 

Jufferkade

B&W 13 september 1949 

Jufferhof

B&W 17 juli 1953 

 

 

Rederijstraat

B&W 11 december 1900 

Rederijbrug

B7W 11 december 1900 

 

Rederijhaven

B&W 13 september 1949 

 

 

De Rederijstraat werd aangelegd op het emplacement van de vroegere Nederlandsche Stoomboot Reederij, die jarenlang het verkeer tussen Rotterdam en Mannheim-Ludwigshafen onderhield.  Na de Tweede Wereldoorlog werd de oude Rederijbrug vervangen door een nieuwe brug, die even ten oosten van de oude kwam te liggen. Ook de huidige Rederijstraat ligt even ten oosten van de oude straat van die naam. Van 1900 tot 1950 lag ten zuiden van de Scheepmakershaven ter hoogte van bovengenoemde brug de Rederijkade. De Rederijhaven vormt een onderdeel van het zogenaamde Leuvehavenbekken.

 

Leuvehaven

Eugène Boudin Gezicht op de Leuvehaven Rotterdam 1870-1880 Museum Boijmans van Beuningen Rotterdam
Eugène Boudin Gezicht op de Leuvehaven Rotterdam 1870-1880
Museum Boijmans van Beuningen Rotterdam

 

Leuvehoofd

B&W 27 mei 1958

Leuvekolk

B. 30 juni 1942

Leuvesluis (Nieuwe)

B&W 27 mei 1958 

Leuvebrug  (Nieuwe)

B&W 27 mei 1958 

Alle genoemd naar de oude kreek ‘de Leuve’of ‘de Loeve’, zoals de naam meermalen in de stadsrekening  van 1426/27 voorkomt. In de 16e eeuw was de stad eigenares geworden van het land aan de Leuve. Op 23 april 1598 werd aan de westzijde van de kreek de grond in erven uitgegeven. Daarna begon men met het graven van de haven die in 1608 gereed kwam. In het begin sprak men van Nieuwehaven, doch daar dit verwarring kon geven, werd Leuvehaven al spoedig de enige naam. Over de haven lagen twee bruggen, de Leuvebrug en de Nieuwe Leuvebrug. Eerstgenoemde brug, ook wel Oude of Lange Leuvebrug genoemd, dateerde uit 1609 en werd kort na de Tweede Wereldoorlog gesloopt. De straat die op de brug uitliep heette Leuvebrugstraat, vroeger ook wel Breede Leuvestraaat of  Brugsteeg geheten. Bij het bombardement in mei 1940 is de steeg verdwenen. De ten zuiden van de Leuvebrug gelegen Nieuwe Leuvebrug was in 1849 gebouwd. In de jaren vijftig van de 20ste eeuw werd ze afgebroken en vervangen door een nieuwe brede brug, die eveneens deze naam kreeg. Het havenhoofd bij de Boompjes, waar het koopvardijmonument ‘De Boeg’ werd geplaatst, ontving tegelijkertijd de naam Leuvehoofd. De daar gebouwde sluis werd Nieuwe Leuvesluis genoemd. Na het bombardement werd ten zuiden van de Steigersgracht de Leuvekolk gegraven . Via een onderdoorgang onder de Blaak stond dit water in verbinding met de Leuvehaven. Door de aanleg  van de oost-westlijn van de metro is deze verbinding vervallen.

 

 

Hertekade

B&W 21 december 1881

Deze straat dankt haar naam aan de brouwerij, later suikerraffinaderij,  ’t Witte Hart’, die aan de zuidzijde van de Scheepmakershaven bij het Bolwerk stond. De namen  ‘hart’ en  ‘hert’ worden door elkaar gebruikt. In deze buurt lag voor de aanleg van de Maasboulevard ook een Hertestraat, die eveneens aan genoemde brouwerij haar naam dankte. De Hertekade en de Hertestraat heetten tot 1881 Doodehoek en Doodesteeg. Op verzoek van de bewoners werden beide namen gewijzigd. De huidige Hertekade bestrijkt een groter gebied dan vroeger, toen deze naam slechts was gegeven voor de doodlopende kade bij het Bolwerk.

 

Terwenakker

B&W 13 september 1949

Pieter Tarwe of Terwe, ko0pman te Middelburg kocht 1 april 1716 een huis en erve op de hoek van de Leuvehaven en de Scheepmakershaven. Later erfde Anthony Terwen dit huis. Deze liet het bij zijn dood in 1776 na aan zijn beide dochters. Nadat de Boompjes was aangelegd heette de kade hier eerst Boompjes Westeinde bij het Nieuwe Hoofd. Pas tegen het einde van de 18e eeuw kwam de naam Terwenakker of Tarwenakker voor. Voor het bombardement in mei 1940 was de Terwenakker een kade ten westen van de Leuvehaven. De huidige straat van die naam is een kade ten zuiden van de Scheepmakershaven.

Uitzicht vanuit de Bijbank Nederlandse Bank (nu: De Boompjes) aan de Terwenakker naar de Scheepmakerskade

 

 

 

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.